PFW, Polak’s Frutal Works was een chemisch bedrijf op de hoek van Nijverheidsweg en de Eemstraat, aan de achterkant grenzend aan wat nu de tunnel van Stadsring is. PFW maakte reuk- en smaakstoffen.
De smaakstoffen kon je altijd en vooral goed ruiken in de Eemstraat. Aan die kant zaten de productiehallen. Dat was wat de buitenwereld merkte van PFW. Een zoete weeïge geur van zuurtjes – meestal – maar soms een Maggilucht, zeer doordringend. Van de reukstoffen merkte je weinig.
Bij de grote poort aan de Nijverheidsweg zat de portier, die met de hand bijhield hoe laat je binnen kwam. En dat moest voor kantoor-en laboratoriumpersoneel voor 8.00 uur zijn. De meeste mensen kwamen op de fiets of lopend. Een paar directieleden hadden een auto. In mijn tijd (1960-1963) werd er ’s zaterdags nog gewerkt tot 12.30 uur, later hadden wij één zaterdag in de maand vrij.
Het bedrijf was eigendom van de gebroeders Bernhard en Ernst Polak, allebei woonachtig in de USA. Als zij op bezoek kwamen was het hele bedrijf in rep en roer.
Behalve de productiehallen waren er onder andere een kantoorgebouw, een analyselaboratorium en een researchlaboratorium. Op het analyselab werd de productie gecontroleerd. Op het researchlab werden reuk- en smaakstoffen uit natuurproducten geïsoleerd en werd geprobeerd deze stoffen chemisch te bereiden. Dit alles op kleine schaal. Het upgraden gebeurde in één van de fabriekshallen (lab 4) en als dat werkte werd het in productie genomen.
Voor de reukstoffen, die gemengd werden met alcohol, parfums en bijbehoren moesten opleveren, was een reukspecialist in dienst. De neus van deze specialist was goud waard. Een door een smerig chemisch stofje verpeste reuk leidde minstens tot een week niet kunnen werken.
Reukstoffen werden gewonnen uit bijvoorbeeld treinladingen hyacintenbloemen. Smaakstoffen uit treinladingen sinaasappels en citroenen. Daarvan gebruikte men alleen de dunne buitenschillen. De witte vliezen bleven op het fruit achter. En wij konden, tegen betaling, geschilde sinaasappels en citroenen mee naar huis nemen. De trein bracht dus de grondstoffen aan. Er liep een bedrijvenspoor over de Nijverheidsweg. De trein reed langzaam, een “verkeersgeleider” met rode vlag liep mee om het verkeer bij de kruisingen tegen te houden. Binnen de poort lag een draaiplateau, waarop de locomotief met de hand gedraaid werd. Een imposant gezicht.
De mensen die bij PFW werkten kon je soms mijlenver ruiken, afhankelijk van wat de fabriek maakte. Het analyselab analyseerde wat het researchlab uitvond. Gemorste maggi smaakstoffen kon je werkelijk straten ver ruiken. Alsof het in de voetstappen achtergebleven was. Leer, boeken en haren trokken allerlei geuren aan. Wij hadden geen douche in die tijd en diverse malen mocht ik van mijn moeder het huis niet in en moest mij in de schuur eerst wassen. Nu nog heb ik een camel leren tas en studieboeken waarin Polak nog duidelijk aanwezig is. De lucht gaat er nooit meer uit
Polak, zoals het was is er niet meer. Het bedrijf is naar Barneveld verhuisd. Maar ik heb nog mijn herinneringen aan de “goede oude tijd” die ik daar gehad heb.
Ineke van Ginkel – Researchanalist PFW 1960-1963
Ik wil graag wat vragen en vertellen over Jaap Polak, de vader van Bernard.
Jaap en Eefje heb ik heel goed gekend: familie van Vles en Schwarz.
Ben t U bereid?